Zwolse Jeugd
leestijd: 1 min

Na het trouwfeestje van Myrthe en Bastiaan streken we neer op een Zwols terras met veel te groot loungemeubilair van plastic. Al na één drankje moesten we opstappen: 00.00 uur, corona, wegwezen. Er kwam een stroom jongelui op gang die zich lopend, fietsend en schreeuwend en vol ongenoegen naar huis begaven. Alle kroegen gingen dicht.

Op een plein voor de FEBO stonden politieauto's. Een flinke meute jongeren zocht er vertier dat er niet was. Ik ging zitten naast drie jongens van een jaar of twintig. Ze riepen alle meisjes na. 'Ik heb twee dates,' zei de stoerste, 'morgen en overmorgen'. De jongen naast hem knikte. Hij keek treurig. Hij had niks. De derde verzekerde zijn kameraad met luide stem dat hij, in zijn geval, 'ze allebei hartstikke kapot zou neuken.' Die formulering verbaasde me niet. Wel de woorden die hij er nog aan toevoegde, na enig nadenken: '...oprecht, gast!'

'Hé,' zei een spillebenige nieuwkomer tegen me, 'moet u niet allang in bed liggen? In het bejaardenhuis? Hoe oud bent u eigenlijk?' '43,' zei ik. De bonenstaak lachte zelfverzekerd, hoewel hij behoorlijk dronken was: 'Mooi niet! 67!' Ik vroeg hem waarom hij met mij praatte en niet met zijn leeftijdgenoten. Hij had ontroerende flaporen. 'Hou toch op! Die jongelui zitten altijd zo dom te ouwehoeren!' Hij poogde op de grond te spugen maar raakte vol zijn broek. Spontaan stak hij zijn hand uit: 'Ik ben Sipke Wientjes. Ze vragen altijd of ik familie ben van hotel Wientjes. Dan kunnen ze daar gratis eten. Maar ik ben geen familie.'

Hij spuugde opnieuw een flinke klodder, net niet tegen me aan. 'Ik begrijp heel veel dingen niet. U wel?' 'Wat bedoel je,' vroeg ik. 'Nou, dat meisjes zich laten ombouwen en zo. En dat iedereen ADHD en een burn out heeft. Wat een onzin. Dat was vroeger toch ook niet? Waarom nou dan wel?'

De breedgeschouderde jongen met de twee dates stootte me aan. 'Mag ik een sigaar van u?' Hij lachte: 'Ik wil een echte man worden!' 'Ja, dan moet je sigaren gaan roken,' zei ik. 'Hier heb je er drie. Achter elkaar oproken en denk erom, over de longen.' Hij stak zijn duim op toen mijn vrouw en ik opstonden om terug te gaan naar ons hotel. Sipke wankelde achter me aan. 'Wacht, wij zijn nog niet uitgepraat! Bent u ook fan van PEC?'

Na tien meter gaf hij het op en richtte het woord tot de brede jongen. 'Gast! Geef mij ook een sigaar!' Hij zakte in de stoel naast de andere drie. Het was meer liggen dan zitten.

Deel dit verhaal
Sponsoren

banner-eigenzinnig-600px.jpg

Paul Abels (Lonneker, 1958) is AFdH Uitgever en was eerder leraar Nederlands, antiquaar, jazzplatenhandelaar, galeriehouder, copywriter, journalist.