Had ik al eens verteld dat ik ooit naar een concert van Johnny Cash geweest ben?
Al van jongs af aan ben ik gefascineerd door Die Stem.
Vooral het nummer A Boy Named Sue kon me als kind erg bekoren.
Aan het eind is in de zin "I'm the -------- that named you Sue!" een 'peeeep' van de censor te horen. Mijn oudere broer zei dat dat was omdat Johnny daar een vies woord zong.
Er was een tijd dat ik weinig sprak over mijn liefde voor Johnny Cash.
In kringen van Punk- New Wave of Neue Deutsche Welle-fans werd de Man In Black gezien als een rechtse redneck en diende dientengevolge genegeerd te worden. Toen ik later Hank Williams, Blue-Grass en de countryelpees van Jerry Lee Lewis ontdekte kwam ik automatisch ook weer bij Johnny terecht.
Groot was dan ook de opwinding toen eind jaren tachtig aangekondigd werd dat hij zou optreden in Nederland. Tot drie keer toe werd het concert afgelast. Officieel omdat Johnny aan zijn kaak geopereerd moest worden en daarvan herstellende was maar er werd gefluisterd dat het vooral kwam omdat hij moest afkicken van de pijnstillers.
Nu was Johnny Cash in die jaren nog niet ontdekt door het hippe VPRO-publiek. De come-backplaten met Rick Rubin moesten nog worden opgenomen en wat hij nog aan fans had bestond voornamelijk uit wat we toen Tros Kompas-publiek noemden. Tegenwoordig is dit deel van de bevolking vooral bekend als Henk en Ingrid.
En wij natuurlijk: een Veendamse modinette die niet alleen graag kleren naaide, een nogal wild meisje dat nog jaren lang een gerespecteerde Punk-kroeg in Stad zou runnen, mijn Zuid-Europese vriend wiens dossier ondanks een IQ van 160 vanwege zijn onuitsprekelijke achternaam jarenlang in de bak onbemiddelbaar van het Arbeidsbureau verdween (dit laatste overigens tot volle tevredenheid van zowel mijn vriend als het Arbeidsbureau) en ik.
In die tijd deed ook de House zijn intrede. De muziek kon me gestolen worden maar de bijbehorende drugs interesseerden me in hoge mate. Die nieuwe XTC-pillen wilde ik ook wel eens proberen. Dat kon, maar het kostte wel vijftig euro per stuk. Een fors bedrag maar daarvoor kreeg ik een vuilgrijs exemplaar ter grootte van twee op elkaar gestapelde pepermunten.
Ik had een halfje uitgeprobeerd tijdens een avondje Nederlands elftal kijken bij een vriend thuis. Nederland speelde gelijk tegen Egypte (1-1) Iedereen was zwaar teleurgesteld en gevreesd werd voor het verdere verloop van het toernooi. Niet door mij. Ik had de wedstrijd met stijgend enthousiasme gevolgd en had warme gevoelens, om niet te zeggen liefde voelen groeien voor de jongens van Oranje. Drie dagen later sliep ik nog niet. Af en toe lag ik een paar uurtjes schuimbekkend en knarsetandend naast mijn vriendin op de matras maar pas de donderdag daarop viel ik uitgeput in een diepe slaap. Voor het Johnny Cash-concert leek het me dan ook raadzaam de dosering wat aan te passen.
Met z'n vieren pasten we net in de Cinquecento van de modinette. Behalve dat we fan waren hadden we niet veel gemeen maar ieder zag er op zijn of haar manier heel speciaal uit. In ieder geval in de ogen van de vijfduizend Tros Kompas-lezers die zich in de Thialf-ijshal hadden verzameld. Die hadden nog nooit een meisje met een knalrode beehive en gescheurde netkousen gezien. Portugezen waren in Friesland ook dun gezaaid en in wat de modinette voor zichzelf had genaaid zou zelfs Nina Hagen zich niet hebben durven vertonen. En dan was er nog die graatmagere gast met ogen als theeschoteltjes. Kortom, we hadden meer bekijks dan het voorprogramma.
In de pauze nam de burgemeester van Heerenveen het woord. Hij heette namens de gemeente de heer Johnny Cash, zijn familie en zijn orkest van harte welkom en om hun waardering voor zijn komst te laten blijken had de plaatselijke fanfare een Johnny Cash-lied ingestudeerd. En daar marcheerde 'Excelsior' de zaal binnen. Uit tientallen toeters klonk de Orange Blossom Special. Het was prachtig.
Of het daardoor kwam weet ik niet maar Johnny en zijn band speelden daarna of hun leven ervan afhing. De een na de andere hit knalde van het podium in een tempo waarvoor de Ramones zich niet hadden hoeven schamen.
Nederland spuugde zichzelf dat jaar uit de achtste finale, tussen de XTC en mij is het nooit meer echt goed gekomen maar mijn liefde voor Johnny is groter dan ooit.