1. Plattelandsverhalen II, f.
    (07 augustus 2021)
  2. Thelonious Monk
    (24 april 2021)
  3. Waarom Sjinkie Knegt in brand vloog
    (13 maart 2021)
  4. Geloofwaardigheid
    (06 februari 2021)
Plattelandsverhalen II, f.
leestijd: 1 min

Alie was met Lukas. Maar het liep stroef.
Toen nam Joop haar over van zijn broer.
Lukas kwam binnen door de achterdeur
Met een maaltje bonen.
Alie lag ruggelings op de keukentafel.
Haar rok was opgeschort.
Joop was met haar bezig.
Kun jij het niet even afmaken, zei Alie,
Joop heeft er niet zoveel zin meer in.
Klopt, zei Joop, je bent ook zo dik.
Hij deed een paar stappen naar achter.
Lukas legde de bonen op het aanrecht.
Ach ja, waarom ook niet, zei Lukas.

(Om hun privacy te beschermen, zijn de namen van Lukas, Joop en Alie gefingeerd. In het echt heten ze respectievelijk Bé Mulder, Ginus Haandrikman en Greetje Dirks)

Thelonious Monk
leestijd: 1 min

In 1964 kregen wij een bok.
Het was een bruinzwarte bok
en wij noemden hem Thelonious Monk

lees verder
Waarom Sjinkie Knegt in brand vloog
leestijd: 2 min

Sinds de opname in het register der Olympische Sporten heeft ook te onzent het sjor-trekken een enorme vlucht genomen. Werd het sjor-trekken voorheen grotendeels door amateurs beoefend, inmiddels heeft zich een grote professionaliseringsslag voltrokken onder onze vaderlandse sjor-trekkers, waardoor wij in het internationale speelveld een duchtig woordje meespreken. Een van de meest tot de verbeelding sprekende sjor-trekkers is wel de nuchtere timmermanszoon Sjinkie Knegt uit Bantega. Wie nog nimmer een sjor-trekwedstrijd heeft meegemaakt kan zich maar nauwelijks een voorstelling maken van het uitzinnige publiek, het stadion, de lichteffecten en de sportieve atmosfeer. Als het strijdperk fris gedweild is en het startschot heeft geklonken, lijkt het stadion te ontploffen, de toejuichingen zijn niet van de lucht en de sjor-trekkers weten zich vocaal ondersteund door de talloze liefhebbers van deze tot ieders verbeelding sprekende tak van sport.

(door onze sportverslaggever)

Blonken voorheen met name de Japanners uit met hun razendsnelle elegante techniek, sinds de toetreding tot het strijdperk van Sjinkie Knegt lijken er geheel andere dimensies aan de sport te zijn toegevoegd, namelijk die van kracht en uithoudingsvermogen. De snelle nerveuze bewegingen van de tengere Japanners hebben te onzent plaatsgemaakt voor de lange halen en het daverend eindschot van het Olympische fenomeen Sjinkie Knegt.

Knegt is een godenzoon zonder weerga die zodra de deelnemers de eindstreep naderen altijd nog dat laatste rukje in huis heeft, waardoor hij menig tegenstrever op het laatste nippertje passeert en de medaille in ontvangst mag nemen. Zijn prijzenkast is goed gevuld, maar toch is Knegt bescheiden gebleven. 'Als ik win is het mooi, maar als ik niet win, ben ik toch lekker bezig geweest', aldus de sympathieke timmermanszoon uit Bantega.

Sinds enige tijd missen de toeschouwers de tot ieders verbeelding sprekende Sjinkie Knegt node op de hoogste trede van het podium. Hij viel te zijnen huize ten prooi aan een noodlottig ongeval. Geheel in strijd met de voorschriften heeft de eigenzinnige Knegt de nobele sjor-treksport in zijn woonkamer beoefend. Dit incident heeft Knegt geheel aan zijn eigen onachtzaamheid te wijten, immers de veiligheidsvoorschriften zoals uitgevaardigd door de overkoepelende sjor-trekfederatie (STF) zijn er niet voor niets. Het sjor-trekken dient alleen in goed geoutilleerde stadions te geschieden, waar er immers streng toezicht is op hygiënische omstandigheden en veiligheidsmaatregelen, bij ontstentenis waarvan een ongeluk in een klein hoekje schuilt. Door wrijving ontstaan immers gigantisch hoge temperaturen die tot brandgevaar leiden als er niet in door de STF goedgekeurde kleding wordt gesjor-trekt. De overall, waarin Knegt zojuist nog had gesleuteld aan zijn klassieke Ford Capri, vatte vlam, waaraan de residuen van wasbenzine en carter-olie op zijn werkoverall zeker debet waren. Poetskatoen is in deze een katalysator geweest, zo blijkt uit een reconstructie. In luttele momenten stond Knegt in vuur en vlam. Dit alles ging gepaard met de nodige brandwonden van eerste en tweede graad, waardoor de sjor-trekcarrière van Knegt tot een einde leek te zijn gekomen. Hier echter toonde zich de ware aard van de sportman. Na een lang revalidatieproces dat gepaard ging met vallen en opstaan, heeft Sjinkie Knegt inmiddels weer de arena betreden en prestaties van bescheiden omvang getoond die het beste voor de toekomst doen hopen. Laat dit echter een les zijn voor de andere sjor-trekkers, hetzij amateur dan wel professional, om niet in huiselijk verband de edele sjor-treksport te beoefenen!

Geloofwaardigheid
leestijd: 2 min

Een toertje geleden zat ik op een koude januari-avond met B. Hadders in de tuin. Ik had mijn verroeste terraskachel hoog opgestookt zodat onze gezichten spookachtig verlicht werden. B. Hadders had joints gedraaid met een verkreukelde Pall Mall sigaret. Ik gooide nog een blok op het vuur. De flakkerende lichtkring van het vuur sloot ons af van de rest van de wereld. Er ontstond een hartverwarmende intimiteit. Wat ik vreesde gebeurde, B. Hadders begon te vertellen over zijn talloze voorvaderen. Het bleek dat het gros van hen zichzelf van het leven had beroofd. Meest met een touw, maar ook eentje was het water ingelopen tot hij verzoop. Ik vroeg aan B. Hadders of je jezelf op die manier kunt verdrinken. B. Hadders meende dat het kon als je maar ver genoeg doorliep. Daarna vertelde B. Hadders nog een verhaal over een optreden met zijn band in Duitsland en iets over valse briefjes van 50. Ik geloofde er niets van, maar uit redenen van beschaving zei ik dat niet tegen B. Hadders.

Nu vond ik het mijn beurt. Ik vertelde dat ik een jaar of 40 geleden met mijn band speelde op een of ander festival. Daar troffen we ook andere muzikanten.

Een van hen vroeg: 'En hoe heten jullie dan?'
Ik zei: 'Kopstubbers.'
Hij zei: 'Hoezo dat dan?'
Ik van: 'Dat zijn Ragebollen.'
Hij van: 'O.'
Ik van: 'En hoe heten jullie dan?'
Hij van: 'Frágielee.'
Ik van: 'Frágielee?'
B. Hadders van: 'Frágielee?'
Ik tegen B. Hadders van: 'Ja, Frágielee, hij zei van Frágielee, Frá-gíe-léé.'
Ik van: 'Hoezo, Frágielee dan?'

Hij vertelde dat toen ze begonnen met de band nog geen boxen hadden en dat ze toen boxen hadden gekocht van een band die ermee ophield en dat op die boxen met witte letters stond van Frágielee en dat ze dat wel een goede naam leek en daarom heetten ze nu van Frágielee.

B. Hadders zei dat hij er niks van geloofde.
Ik zei dat het toch zo was.
B. Hadders van nietes.
Ik van welles en dat hij mijn tweelingbroer maar moest bellen want die drumde in de band en heeft nu een hoge functie. B. Hadders van dat zijn broer tandarts is.

De volgende dag schreef ik het volgende bericht naar mijn broer: 'Ik vertelde iemand van de band Frágielee, die de naam hadden ontleend aan de van een andere band overgenomen versterkers waarop Fragile stond. Diegene wilde het niet geloven, maar volgens mij heb ik het niet verzonnen.' Hij van: 'Het klopt. Dat was de band van de meteropnemer.'

Ja, B. Hadders! Dus nou is het bewezen. Nou sta je raar te kijken, hè!

Sponsoren

banner-eigenzinnig-600px.jpg

Erik Harteveld (Assen, 1955) is acteur en schrijver. Foto: Sake Elzinga.